Toepassingskaart 4: De 1-Zorgroute: Rekenen
1.Evalueren vorig groepsplan en verzamelen gegevens.
1.Evalueren vorig groepsplan en verzamelen gegevens.
Het groepsplan dat er in mijn stageklas gehanteerd wordt is dat de kinderen zijn onderverdeeld in vier groepen:
Blauw + - Krijgen korte uitleg en maakt extra sommen en werken op eigen programma.
Blauw - Krijgen korte uitleg en maken extra uitdagendere sommen.
Rood - Krijgen uitgebreide uitleg met voorbeeldsommen.
Geel - Krijgen uitgebreide uitleg hoeven minder sommen te maken en werken in instructiegroep bij de RT.
Iedere week krijgen de leerlingen een weekplan dat is geprint op een papier dat de kleur heeft van de groep waar zij in gedeeld zijn. Hier staat precies op welke sommen zij moeten maken.
2.Selecteren van leerlingen met algemene en specifieke onderwijsbehoeften.
De algemene onderwijsbehoeften
Blauw + - De leerlingen kunnen goed zelfstandig werken uit het boek en hebben een map voor extra werk.
Blauw - De leerlingen kunnen goed zelfstandig werken uit het boek.
Rood - Hebben een wat uitgebreidere uitleg nodig maar kunnen dan zelfstandig aan het werk uit hun boek.
Geel - Deze leerlingen werken in een instructiegroep aan de instructietafel. Zij werken vaak ook langzamer dan de rest van de leerlingen dus zij krijgen een aangepaste hoeveelheid sommen.
De toets
De kinderen maken de toets van taak 27. Na het maken van de toets wordt er een registratieformulier ingevuld waar je precies kunt zien op welk onderdeel ze uitvallen. Bij de onderdelen waar de kinderen dan op uitgevallen zijn horen sommen van taak 28. Deze worden ook ingevuld op het registratieformulier. Taak 28 is een herhalingsles. De kinderen die niet op een bepaald onderdeel uitvallen maken sommen van de 28+ taak. Dit is een verrijkingsles.
In groep 6 van CBS de Vijverhof zitten 35 leerlingen. En van deze leerlingen doen 34 leerlingen mee met de toets van de methode. Er is één kind die met de methode van groep 4 werkt. Haar toetsgegeven zijn dan ook niet opgenomen in dit schema.
Onderdeel | Goed | Matig | Onvoldoende |
1. Cijferen +/- | 31 | 2 | 1 |
2. Getallen t/m 10.000 | 34 | 0 | 0 |
2. Optellen en aftrekken t/m 10.000 | 32 | 1 | 1 |
3. Delen met rest 48:5 | 33 | 1 | 0 |
3. Vermenigvuldigen 6x17 / 6x170 / 10x… | 24 | 6 | 4 |
4. Verdubbelen 2x | 32 | 1 | 1 |
5. Cijferen - | 22 | 10 | 2 |
6. Optellen en aftrekken t/m 10.000 | 31 | 3 | 0 |
7. Delen: ….:10/280 : 4:2800 : 4 | 30 | 3 | 1 |
8. Breuken: 1/.. deel / wat kost 1/.. deel? | 18 | 12 | 4 |
Aan de hand van dit schema kan je zien dat er in de klas dat over het algemeen de leerlingen goed scoren bij de meeste onderdelen.
Specifieke onderwijsbehoeften (onvoldoende gescoord op de toets)
Leerling 03 : breuken
Leerling 04: vermenigvuldigen
Leerling 07: breuken
Leerling 11: cijferen
Leerling 16: optellen en aftrekken, vermenigvuldigen
Leerling 20: breuken
Leerling 21: vermenigvuldigen, delen, breuken
Leerling 25: verdubbelen
Leerling 29: Rekent op groep 4 niveau
Leerling 30: vermenigvuldigen, cijferen
Leerling 33: cijferen
3.Benoemen van de onderwijsbehoeften.
4.Clusteren van leerlingen met gelijke specifieke onderwijsbehoeften.
Deze leerling heeft: | Een leerkracht nodig die | Een instructie nodig die | Opdrachten nodig die | Leeractiviteiten nodig die | Groepsgenoten nodig die |
Leerlingen 03, 07, 20, 21 | Extra uitleg geeft over breuken, de breuken visueel maakt. | Interactief is zodat de leerling het kan ervaren. | Met breukenstroken werken, met pizza’s of met repen. | Oefenen met Breuken. | Ook nog moeten oefenen met breuken zodat het niveau gelijk is. |
Leerlingen 04, 16, 21, 30 | Extra uitleg geeft over vermenigvuldigen en meerdere oplossingsstrategieën laat zien. | Stap voor stap uitlegt hoe je deze sommen uit kan rekenen. | Oefenen met vermenigvuldigen. | Oefenen met vermenigvuldigen. | Geen groepsgenoten nodig. |
11, 30, 33 | Die cijfer sommen met de leerlingen oefent. En ze visueel maakt door middel van een abacus. | Die de cijfer sommen visueel maakt. | Die oefenen met HTE cijferen. | Die oefenen met HTE cijferen. | Geen groepsgenoten nodig. |
16 | Die oefent met de leerling bij het optellen en aftrekken. | Meerdere oplossingsstrategieën toelaat. | Die oefenen met optellen en aftrekken. | Die oefenen met optellen en aftrekken. | Geen groepsgenoten nodig. |
21 | Die oefent met de leerling bij deelsommen. | De leerling laat zien hoe dit handig uitgerekend kan worden. | Die oefenen met delen. | Die oefenen met delen. | Geen groepsgenoten nodig. |
25 | Die oefent met de leerling in het verdubbelen. | Die laat zien hoe je makkelijk kunt verdubbelen. | Die oefenen met verdubbelen. | Die oefenen met verdubbelen. | Geen groepsgenoten nodig. |
29 | Haar instructie geeft op een lager niveau. | Aansluit op de methode van groep 4. | In het boek staan van groep 4. | Aansluiten op het niveau. | Geen groepsgenoten nodig. |
5.Opstellen van het groepsplan.
Wie | Wat | Hoe |
03, 07, 20, 21 | Breuken | Som van taak 30 |
04, 16, 21, 30 | Vermenigvuldigen | Som 1 en 7 van taak 28 |
11, 30, 33 | Cijferen +/- | Som 2 en 3 van taak 28 Som van taak 30 |
16 | Optellen en aftrekken t/m 10.000 | Som 4 en 6 van taak 28 Som van taak 30 |
21 | Delen (met rest) | Som 5 van taak 28 Som van taak 30 |
25 | Verdubbelen 2x | Som 8 van taak 28 |
29 | Rekenen op een lager niveau | Boeken en toetsen van groep 4 |
Deze leerlingen maken de taken van 28 en 30 die hun toegewezen zijn. Zijn ze hiermee klaar beginnen ze aan de + taken van de onderdelen waar zij niet op uitgevallen zijn.
De leerlingen die nergens op uitgevallen zijn maken het volgende:
Maandag som 1 t/m 3 van 28+
Dinsdag som 4 t/m 6 van 28+
Donderdag som 1 t/m 3 van 30+
Vrijdag som som 4 t/m 6 van 30+
6.Uitvoeren van het groepsplan.
Over het uitvoeren van het groepsplan doen de leerlingen vier dagen. Maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag. Ik heb samen met de leerlingen maandag en dinsdag gedaan. De andere twee dagen heeft mijn mentor gedaan. De leerlingen maken de opgaven van 28, 28+ en 30, 30+ die hen toegewezen zijn volgens het groepsplan. Als de leerlingen na mijn uitleg het nog niet begrijpen werk ik met instructiegroepen.